Menu

Patientgebonden dossier (PGD)

Het landelijk EPD (Elektronisch Patiënten Dossier) is van oorsprong een initiatief van het Ministerie van VWS. In de eerste jaren na de start in 2002 werd de EPD-regie gevoerd door Nictiz met een royaal budget van VWS. Daarna voerde VWS zelf vijf jaar de regie, omdat de EPD-uitrol door Nictiz niet voldoende voortgang maakte. Ook in die periode kwam het landelijke EPD onvoldoende van de grond, ondanks een enorme investering. Nadat de Eerste Kamer in 2011 de EPD-wet unaniem afwees, mocht VWS zich niet meer met de EPD-uitrol bemoeien.

In haar Zorgplan (www.pdfarchief.com/zorgplan.pdf) draagt de Healthy Community Foundation (www.stichtinghcf.nl) enkele punten aan om een goed werkend digitaal zorgdossier in de markt te zetten. Het oude EPD, verbonden aan het Landelijk, Schakelpunt wordt daarbij losgelaten. Aan dit EPD wordt nu inmiddels al zestien jaar gewerkt en heeft al honderden miljoenen euro gekost. Het blijkt nog op veel punten niet te werken. Hierbij de onderwerpen van HCF.

  1. Wijzig de besmette naam van EPD
    Het woord ‘elektronisch’ werd in de zestiger en zeventiger gebruikt voor rekenmachines. Hoe kan men zich vasthouden aan een zo uit de tijd geraakte term! Digitaal Zorg Dossier zou al beter zijn, maar HCF vindt dat het dossier persoonsgebonden moet zijn, uiteraard digitaal verwerkt.
  2. HCF stelt een PGD (Persoons Gebonden Dossier) voor, dat eigendom is van de patiënt en waarbij de huisarts als regievoerend arts optreedt
    Sinds 2002 wordt gewerkt aan een EPD (Elektronisch Patiënten Dossier). Met toestemming van de patiënt worden deze gegevens verzameld bij alle zorgverleners, die gekoppeld zijn aan het Landelijk SchakelPunt (LSP). Dit blijkt na zestien jaar nog steeds niet te werken; HCF wil dan ook het PGD stimuleren.
    In dit systeem blijft de patiënt eigenaar, toezichthouder en bewaarder van het dossier. De patiënt moet de mogelijkheid hebben om van huisarts te kunnen wisselen en niet vanwege postcodebeleid vast te zitten. Dit om eigen regie waar te kunnen maken en als het niet klikt tussen arts en patiënt moet er gewisseld kunnen worden.
    Belangrijk is het vertrouwen tussen patiënt en arts, dat zou voorop moeten staan. Wel moet er regelgeving zijn dat een patiënt niet kan arts-hoppen. Het voorstel zou zijn dat een patiënt in 5 jaar 2 keer mag wisselen van huisarts op gegronde redenen: zoals vertrouwen of veiligheid.
  3. ICT en uitwisseling medische informatie
    De patiënt kan rekenen op een actueel, volledig en betrouwbaar zorgdossier (PGD). Hij/Zij bepaalt zelf welke apotheker(s) en zorgverleners toegang krijgen tot zijn/haar zorgdossier. Deze zorgverleners ondersteunen de patiënt en de apotheker door de benodigde informatie te verstrekken die het veilige, effectieve en doelmatige geneesmiddelgebruik ondersteunt.
    Om deze informatie te vergaren werken apothekers samen met patiënten, voorschrijvers, andere zorgverleners en klinisch chemici. Wanneer deze informatie real time wordt ingeladen in het zorgdossier van de patiënt, kan de apotheker optimale medicatiebewaking uitvoeren en garanderen.
  4. Koppelingen van systemen om kwaliteit patiëntenzorg te verbeteren zal worden gestimuleerd;
    Data is veel geld waard, dus van tevoren moet vastliggen dat de data (anoniem) ter beschikking moet komen ter verbetering van wetenschappelijke inzichten van de geboden zorg.

Het is een andere manier van denken en het zal een enorme klus zijn om dit zo in de markt te zetten. Toch zal dit een grote stap voorwaarts zijn. De problemen met het huidige EPD stapelen zich op en zal niet gaan werken. Gaat de overheid door met de ontwikkeling van het huidige EPD, dan zal na enkele jaren blijken dat het niet de juiste weg is en zal er een alternatief moeten worden gekozen. Inmiddels zijn de kosten behoorlijk opgelopen!

Koos Dirkse