Menu

Investeer in zorginstellingen

Las in Financieel Management het volgende: Jaarverslagenonderzoek: Zorginstellingen bereiden zich voor op zwaar weer. De omzet van zorginstellingen is in 2012 met 5,9% toegenomen. Het eigen vermogen van zorginstellingen is met 12,3% gestegen tot in totaal € 9 miljard. De solvabiliteit (eigen vermogen ten opzichte van de omzet) verbeterde, van 19% naar 20%. Verder nam de resultaatratio (resultaat ten opzichte van de omzet) toe, van 1,9% naar 2,3%.

Wat me bezighoudt, hoe ik de 9 miljard (stel je voor: een negen met negen nullen!) eigen vermogen moet plaatsen in het kader van marktwerking. Grofweg betekent het dat iedere Nederlander dus 530 euro ‘in een zorginstelling heeft zitten’.

Als je vanuit perspectief (het is één van de vele invalshoeken, houdt daar wel rekening mee) naar de marktwerking kijkt, krijg je een onplezierig gevoel. Natuurlijk, een bedrijf moet winst maken en een eigen vermogen opbouwen om te overleven. Het is de basisregel van marketing.
In de commerciële wereld heel normaal, want je hebt keuzevrijheid. Zo koopt de één een Opel, de ander een BMW. In de zorg gaat die vrijheid niet op. De Nederlander is verplicht verzekerd bij een commerciële zorgverzekeraar. En de Nederlander stort nog eens zo’n 25% van zijn gezinsinkomen in de Zvw- en AWBZ-kas. Daarna kan hij van een basispakket zorgproducten gebruikmaken en daarover betaalt hij nog eens zijn eigen risico en de eventuele eigen bijdrage. Zo is de Nederlander verplicht winst en eigenvermogen van de zorginstelling te financieren. Ofwel: die marktwerking in de zorg is als lood om oud ijzer. Of we de gezondheidszorg financieren met belastingsinkomsten of met commercieel geld, onder de streep verandert er niet veel. De rekening moet kloppen.
Je mag je afvragen of een centraal geleide gezondheidszorg vanuit de overheid niet te verkiezen is boven het gekunstelde systeem dat de overheid er nu van heeft gemaakt. Waarom? Omdat er in de huidige systematiek vele verborgen kosten zitten, die winst en dus eigen vermogen negatief beïnvloeden.

Time to change?

Koos Dirkse